Bar-sur-Aube naar Clairvaux | Dag 28

Het is een speciale dag. We zijn één maand van huis. Omdat er slechts vijftien kilometer ligt te wachten mogen we uitslapen. Als de wekker om half acht gaat pakt Ewout. spullen in en gaat Jolanda naar de bakker. We eten rustig ons brood en wachten tot de Mediatheek op de hoek opengaat. Ze hebben er internet, waar we na het betalen van twee euro ieder een half uur gebruik van maken. Het is verschrikkelijk traag, we kunnen drie websites bezoeken, waarvan twee te maken hebben met de vraag waarom het internet hier zo traag is.

Als we om half elf naar buiten stappen, is het in de echte wereld warm geworden. Shit, vergeten. Het zou vandaag 30 graden worden. Laat en slecht voorbereid gaan we dus op weg. De vijftien kilometer is zeer heuvelachtig. Na vele hoge pieken in de brandende zon, is met nog vier kilometer te gaan het water op. Beginnersfout.

We komen aan bij de zusters van Fraternité nabij de abdij van Saint Bernard. Ons beoogde gastenverblijf ligt tegen de gevangenis aan. We zien een gemeenschappelijkheid in onze aanwezigheid hier, iets met blaren. Wij prikken ze door en een paar muren verder zitten ze erop.

We worden uiterst zorgzaam en lief ontvangen door de hoofdzuster van de abdij. Ze voorziet in onze primaire basisbehoefte, drinken! Verder heeft ze heerlijke chocolade-cakejes gebakken. Nee, het is niet netjes om dan te weigeren. De zuster vertelt dat wij van harte welkom zijn hier te overnachten. Behalve pelgrims vangen ze hier ook de families van gedetineerden op. Het is een schilderachtige omgeving tegen een inktzwarte achtergrond. Het dorp is om de gevangenis gebouwd, iedereen en alles staat in het teken van het gevang. Het zou hier daardoor best luguber kunnen zijn. Dat is het niet. Er heerst een fijne sfeer, een gevoel van berusting. We beseffen dat dit een te romantisch beeld is van de werkelijkheid.

Nadat we onze kamer eigen hebben gemaakt – Jolanda stopt dynamiet in de backpack en Ewout. brengt daarna structuur aan – verkennen we het dorp. Eenmaal terug bereiden we ons eten in de kleine keuken beneden en praten wat met vijf Spanjaarden die hier naartoe zijn gekomen om hun vader en man op te zoeken.

In de avond hebben we geen tijd voor sociale interacties, we moeten een tweede schifting maken. We draaien iedere onderbroek twee keer om en beslissen of hij weg kan. Er kan veel weg. Neem bijvoorbeeld het boekje: ‘Wat en Hoe in het Frans’. Het heeft zijn dienst bewezen, we gebruiken het dagelijks, maar sommige delen zijn echt overbodig. Omdat we niet verwachten zinnen als: ‘Kan ik hier mijn ski’s invetten?’, nodig te hebben de komende maanden, scheuren we ongeveer de helft uit het boekje. Mocht het echt koud worden in de bergen, gaan we wel snowboarden.

En dan moeten we eraan geloven, de deodorantroller. We hebben er ieder één op reisformaat. Ze zijn te zwaar, alleen we gebruiken ze wel dagelijks bij aankomst na het douchen. Maar inderdaad – besluiten we – twee is veel. We komen er niet uit. Het is óf een mannen óf een vrouwengeur. We moeten er om Yahtzeeën. Best of three. Het eerste potje is een nek aan nekrace, 126 om 128 in het voordeel van Jolanda. Het tweede potje neigt naar een succes voor Ewout als Jolanda met vijf enen Yahtzee gooit (En ja, DAT TELT OOK!). Toedeledokie Axe.

Het resultaat mag er wezen, anderhalve kilo aan onzinnige bagage in de prullenbak.

Leave a Comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *